Mijn verhaal: hoe ik vegan én activist werd

Mijn verhaal: hoe ik vegan én activist werd

Als 13-jarig meisje zag ik eens beelden van varkens in kleine, kale, betonnen hokken en hoe een koe geslacht werd. Dat maakte dat ik besloot vegetariër te worden: het werd mijn goede voornemen voor het nieuwe jaar. Op 31 december 1989 om vijf voor twaalf at ik ironisch genoeg nog een bitterbal. Bij wijze van afscheid zeg maar. Na die bewuste middernacht heb ik nooit meer vlees gegeten.

Mijn vader dacht dat het een bevlieging was die met een week of twee wel weer over zou waaien. Mijn moeder nam mijn nieuwe eetpatroon wat serieuzer en bereidde met liefde ander eten voor mij en waar nodig bakte ze vlees in een aparte pan.

In die tijd was er zo’n beetje één vleesvervanger: droge sojabrokken (ja, echt!) die je eerst in water moest wellen en dan kon bakken. Van zichzelf had het weinig smaak, maar met wat ketjap was het prima te doen.

In de loop der jaren kwamen er steeds meer ingrediënten van dierlijke oorsprong in beeld: van gelatine in snoepgoed tot stremsel in kaas en weipoeder in sauzen. En dus werden ook die één voor één geëlimineerd.

Hart voor dieren

Mijn dierenhart werd steeds groter. Als tiener liep ik langs de deuren om handtekeningen te verzamelen tegen dierproeven voor cosmetica en als jongvolwassene liet ik petities tegen bont rondgaan. Ik steunde acties tegen stierenvechten, circusdieren en de zeehondenjacht, was lid van zo’n beetje alle dierenorganisaties die je maar kon bedenken en boycotte dierentuinen. Tjonge, was ik even lekker diervriendelijk bezig!

Pas na 24 jaar vegetarisme ontdekte ik het verborgen leed in de zuivel- en eierindustrie. Mijn hemel, waarom wist ik dit niet eerder? Wel wist ik van het bestaan van veganisten, die ik -net als zovelen- wel ‘erg ver’ vond gaan. Maar nu snapte ik hen!

Maar tja, kaas… Kaas was toch wel erg lekker. Ik wilde het eigenlijk niet meer eten, maar ik wilde het ook niet missen. Wat nu?? En dus ging ik op zoek naar smaakvolle(!) plantaardige kaasvervangers. En die vond ik! Toen had ik geen excuus meer en kon ik de stap naar veganistisch eten zetten. Dat bleek uiteindelijk echt een eitje ;)

Voorlichtingsacties

Inmiddels zijn we zo’n 5 plantaardige jaren verder. Doordat ik sinds 2017 rondtrek met een caravan waarbij ik ook veel bij mensen thuis kom, is mijn vegan eetpatroon wat vaker onderwerp van gesprek dan voorheen. Zodoende raakte de vee-industrie in alle hevigheid op de voorgrond, zodanig dat ik niet langer aan de zijlijn kon blijven toekijken. Ik wil me actief inzetten!

Sindsdien doe ik wekelijks als vrijwilliger mee aan voorlichtingsacties op straat, in één van de grotere steden. Hierbij vertonen we video’s uit stallen en slachthuizen en vragen we aan geïnteresseerden wat die beelden met hen doen. Op die manier raken we in gesprek over wat er schuilgaat achter ons dagelijks voedsel. We leggen uit wat er te zien is, wat er gebeurt in de diverse industrieën en wat de dieren moeten doorstaan om als dat mooi verpakte, onherkenbare stukje vlees in de supermarkt te belanden.

Reactie bij het zien van beelden uit de vee-industrie
Foto: Ed Heesbeen

Eigenwijs

Ik heb me intussen door zelfstudie wegwijs gemaakt in het land der wetgeving, standaardprocedures, CBS-cijfers en politieke beslissingen rondom de vee-industrie. Maar ook voedingswaarden, welvaartsziekten en gezondheidseffecten van zowel dierlijke als plantaardige voeding passeren de revue. Daarnaast heb ik met diverse boeren, een aantal slachthuismedewerkers en een paar ex-werknemers van melkveebedrijven gesproken. Al met al erg leerzaam en zeer bruikbaar in de voorlichtingsacties.

Tijdens deze acties heb ik vaak bijzondere gesprekken. Van zeer open minded tot compleet compassieloos. Sommige mensen bedanken mij voor het openen van hun ogen, terwijl anderen hun eigen moord goedpraten. Ja, je leest het goed. Hoe dat zo komt? Dat lees je in een later blog!

 

Kopfoto: Ronald Blom